Klimaatverandering is een groot probleem dat het weer en onze omgeving beïnvloedt. Landbouwers moeten bedenken hoe ze in een veranderend klimaat voedsel kunnen blijven verbouwen. Dit is waar Climate-Smart Agriculture (CSA) ondersteuning biedt. CSA is een vorm van landbouw die landbouwers in staat stelt zich aan te passen aan een veranderend klimaat, zodat ze voldoende voedsel kunnen verbouwen voor iedereen.
Hoe CSA landbouwers kan helpen
In een wereld die steeds warmer wordt, moeten landbouwers manieren bedenken om meer voedsel te verbouwen. CSA-modellen kunnen hen daarbij helpen. Landbouwers milieu bescherming kunnen hun boerderijen klimaatbestendig maken door gebruik te maken van CSA-methoden. Dat betekent dat de grond in staat is om goede gewassen te produceren, ook onder verschillende weersomstandigheden.
Initiële CSA-strategieën op de boerderij
Het is makkelijker dan je denkt om CSA-strategieën op de boerderij toe te passen. Landbouwers kunnen beginnen met dingen als gewasserotatie, elk jaar verschillende gewassen op hetzelfde veld planten. Dat houdt de bodem gezond en vermindert de behoefte aan chemicaliën. Landbouwers landbouw kan ook groenbemesting aanplanten, wat de bodem kan beschermen en de voedingsstoffen in de bodem vastlegt.
Hoe CSA helpt aan het milieu
CSA draait volledig om duurzaamheid. Het betekent ervoor zorgen dat boeren op de lange termijn voedsel kunnen blijven verbouwen zonder schade aan het milieu toe te brengen. Eén manier is biologische landbouw. Organische meststoffen landbouw maakt gebruik van natuurlijke methoden om plagen en onkruid te beheersen, in plaats van chemicaliën. Dit helpt om een gezonde bodem te behouden en is goed voor het water en de lucht.
Naarmate het klimaat verandert, moeten boeren nieuwe manieren vinden om zich aan te passen.
De CSA-aanpak kan hen helpen om effectief om te gaan met een veranderend klimaat. Door technieken zoals waterbesparing en agroforestry kunnen boeren hun gewassen ook beschermen tegen extreme weersomstandigheden zoals droogte en overstromingen. Dat betekent dat boeren zelfs bij verschillende weersomstandigheden voldoende voedsel kunnen verbouwen voor iedereen.